Zaterdag 18 juli: Mandela's Day, krottenwijken - Reisverslag uit Durban, Zuid-Afrika van Bonny van der Linden - WaarBenJij.nu Zaterdag 18 juli: Mandela's Day, krottenwijken - Reisverslag uit Durban, Zuid-Afrika van Bonny van der Linden - WaarBenJij.nu

Zaterdag 18 juli: Mandela's Day, krottenwijken

Door: Bonny

Blijf op de hoogte en volg Bonny

19 Juli 2015 | Zuid-Afrika, Durban

Zaterdag 18 juli 2015: Mandela’s Day , krottenwijken en onvoorstelbare armoede…

De zon schijnt op deze prachtige ochtend. We nemen het ervan en slapen tot 8.30 uur. Merel en Roos trekken nog even langer door. Naar goed Afrikaans gebruik veeg ik in mijn pyjama de veranda en roep “Goodmorning” naar alle buurkindertjes die langs wandelen met wasgoed of net als ik ook ’druk’ zijn. Erik en ik nestelen ons op het muurtje in de zon met een kop cappucino en bespreken onze mijmeringen. De tranen stromen van zoveel indrukken in zo’n korte tijd. Ik ben reuze trots op Merel en Roos. De wijze waarop ze aan de slag zijn gegaan met zoveel inzet en aandacht voor de kinderen hier maakt me emotioneel. De verhalen van alle kinderen en de kracht van alle huismoeders, het zonnetje op mijn gezicht en het feit dat ik me zo heerlijk thuis voel temidden van deze kleine community….ach, laat die tranen dan maar even komen. Dat zijn blijdschapstranen en vooral ook hele dankbare tranen! Het is vandaag Mandela’s Day. Dit is zijn geboortedag en op deze dag wordt de hele natie opgeroepen om 67 minuten iets voor een ander te doen. De 67 minuten staan symbool voor het aantal jaren die Nelson Mandela zich ingezet heeft voor het Zuid-Afrikaanse volk. Er zijn diverse organisaties die zich bij MoP gemeld hebben om iets te komen doen. De pubers hebben een aantal liedjes voorbereid om als dank te gaan zingen. Om 9.30 uur zijn ze al aan het oefenen en ik wandel daar heen. Ik zie mijn huismoeder en vraag haar of ik nog iets voor haar kan doen. Samen lopen we naar het huis van de baby-tweeling en de moeder van deze kindjes is blij dat we haar komen helpen. Ik krijg één van de twee meisjes in mijn armen geduwd met de woorden: “You can put this one into the bath!” Oooo…hoe kom ik aan dit geluk?! Dit kleine mensje van 5 weken mag ik uitkleden en rustig badderen in de slaapkamer. Het meisje brult maar dat schijnt ze altijd te doen als ze in bad moet. Nadat ik haar gewassen heb en weer heb aangekleed geven we de meisjes samen een flesje. Wat heerlijk! Laat mij hier de hele dag maar zitten! Net als we in een goed gesprek zijn komt één van de managers binnen met de gasten van vandaag. Er is een delegatie van de Methodist Church gekomen om met de kinderen te spelen en om de lunch te verzorgen. Ze willen de tweeling graag zien en zodoende buigen ze allemaal over mij heen om het kleine meisje te bewonderen. Ik word er een beetje verlegen van. Daarna komen er ook allemaal kinderen binnen en willen om de beurt de baby’s op schoot. De huismoeder vindt alles goed en ik vraag haar of ik haar met iets anders kan helpen. Voorlopig niet, zegt ze. Ik wandel met Merel verder over het terrein en vraag de manager of er nog ergens hulp nodig is. Ze stuurt Merel en mij door naar een ander huisje waar de lunch wordt voorbereid. We worden aan het werk gezet: we mogen coleslaw maken en krijgen drie reuze grote groene kolen om in flinterdunne reepjes te snijden. Dat is een klus, vooral omdat we botte messen en kromme snijplankjes hebben. Maar nu komen Merel haar La Place-skills naar voren en zij snijdt 2x zo snel als dat ik dat doe! Na deze klus lopen we door naar het sportveld waar Erik en Roos met de kinderen aan het voetballen zijn. Rond een uurtje of 13 uur wordt iedereen naar het pleintje voor de kerk geroepen. Daar staan kleine tafeltjes met plastic stoeltjes voor de jongsten en plastic kuipstoelen voor de oudere kinderen. Ook de huismoeders zijn uitgenodigd voor de lunch. De gasten van de methodist church lopen af en aan met borden met een kippenpoot, coleslaw en brood. Er wordt hardop gebeden en dan beginnen we allemaal aan deze zalige lunch. Zo grappig: zonder bestek…gewoon lekker met je handen! Enkele oudere meiden houden stoelen voor ons vrij want zij willen graag dat we naast hen komen zitten. Het is leuk om te merken dat we steeds beter contact met hen krijgen. We helpen met opruimen en daarna vindt het optreden plaats. We hebben de liedjes nu al een paar keer gehoord, maar het klinkt echt schitterend. Ze zingen ook nog extra lied: Children of Africa: zóóó mooi dat de tranen alweer over mijn wangen rollen (Ik heb vandaag een jankdag ). Als de methodisten dan ook nog zelf een heel komisch lied met een nog grappiger dansje erbij zingen voor de kinderen rollen alle kleintjes spontaan van hun stoel van het lachen en dansen gezellig mee. Na de lunch komt er een groep Indiërs die ook pannen met eten bij zich hebben. Zij sommeren de oudste kinderen om plastic bakken te halen zodat zij het eten mee naar huis krijgen en de huismoeders vanavond dus niet hoeven te koken. Er wordt nog een trampoline op het sportveld gezet maar wij hoeven niet te helpen. Ik meld me nog even bij de tweelingen-moeder die druk aan het strijken is. Ik bied aan dat van haar over te nemen en dankbaar haalt ze een tweede wasmand tevoorschijn. We kletsen wat en ze vertelt me dat ze in dit huis nu 7 kinderen heeft: 2 tweelingen en 3 andere kinderen. Dat is een enorme klus! Ze heeft zelf ook twee kinderen (van 20 en 14) die bij haar moeder wonen. De oudste wil graag studeren maar is nu al een jaar thuis omdat ze dat niet kan betalen. Ze is hard aan het sparen daarvoor. Hopelijk lukt het om in januari wel al het geld bij elkaar te hebben. Ze gaat 5 dagen per maand naar huis. Wederom komt er een delegatie binnen en zij hebben prachtige spullen voor de tweeling meegenomen: een mooi campingbed, zachte dekens, prachtige kleertjes, melk en luiers. Alles wordt vastgelegd op de foto en als ik klaar ben sluip ik het huisje uit; dit wordt veel te druk. Het is strakblauw en heerlijk warm vandaag. Ik besluit om lekker mijn boek te pakken en het er even van te nemen. Maar bij ons huisje tref ik Merel en Roos met een club kinderen aan die in het gras liggen te kletsen. En de gillende 3-jarige Zulu-strijders hebben weer bezit genomen van mijn veranda (wat ze eigenlijk niet mogen). Ik pak een stoel en ga een heel stuk verderop zitten, maar dat helpt niets…Nieuwsgierig komen ze bij me zitten en klimmen op schoot, beginnen aan je haren te vlechten en vinden mijn e-reader reuze interessant. Toevallig appt Pascale net en dan willen ze allemaal weten hoe mijn zus eruit ziet, hoeveel kinderen ze heeft en wat ze allemaal tegen mij zegt. Van lezen komt niet veel. Het jongetje uit mijn zorghuis kruipt op schoot en bijt zich steeds in zijn arm. Hij heeft al heel veel littekens daarvan en toen ik hem gisteren in bad deed had ik dat al gezien. Als hij van mij niet aan mijn fototoestel mag komen wordt hij boos en probeert het uit mijn handen te trekken. Als hem dat niet lukt probeert hij mij te bijten. Ik stuur hem boos weg en hij gaat een stukje verderop in zijn eigen arm zitten bijten…Bij Merel ontstaat er ook hilariteit als ze met Nick appt. Alle pubermeiden vinden Nick knap en joelen als ze hem in beeld krijgen. Voor hen is hij een “Prince Charming” en dat zingen ze spontaan… Mallory komt langs en vraagt of ik voor de komende periode drama-lessen wil voorbereiden. Het gaat vooral om het aanleren van sociale vaardigheden op het gebied van omgaan met elkaar, gewenst gedrag, conflicten oplossen, samenwerken en zelfvertrouwen. Ze heeft een groep van 16 leerlingen voor me en we besluiten ze in twee groepen van 8 lln te verdelen, zodat de kans op het spreken van Zulu onderling verminderd wordt. Het zijn kinderen van 10-12 jaar. Verder vertelt ze me dat ze me vanaf maandag heeft ingedeeld bij de Special Needs-klas. Daar kan ik 1-op-1 met de kinderen werken. Ik heb er zin in! Rond 16.30 uur ben ik al die drukke kinderen om me heen helemaal zat en stuur ze naar huis. Roos gaat de was vouwen en Merel helpt met het avondeten. We eten vandaag vroeg want we worden om 18.30 uur opgehaald voor een spannende trip: Durban by night. Als we naar de poort lopen is het koud en helder: de zwarte hemel is bezaaid met duizenden sterren….zo mooi! Martin staat al op ons te wachten. Hij is een blanke Zuid-Afrikaanse politie-agent. Hij heeft 11 jaar bij de zedenpolitie van Durban gezeten en 4 jaar undercoverwerk gedaan. Hij is vrijwilliger bij Bobbi Bear, een project dat zich inzet voor sexueel misbruikte kinderen. Zijn auto heeft geblindeerde ramen en later vanavond blijkt waarom dat handig is. Momenteel is Martin hoofd van een politieafdeling. Hij doet deze trips met vrijwilligers om hen de verschillende kanten van Durban te laten zien: dus zowel de slechte- als de goede kanten. Daarbij blijkt hij een geweldige verteller te zijn en hij weet ontzettend veel. Martin is geboren en getogen in Durban, hij houdt van zijn land en is politiek kritisch. Hij komt door zijn werk in aanraking met zoveel leed en geweld dat hij daardoor een sociale en realistische kijk op de Zuid-Afrikaanse maatschappij heeft. We starten de tour in de buurt van MoP. Martin toont ons de huizen die de regering voor de mensen bouwt: 2 slaapkamers, een kleine woonkamer en een douche met toilet. Elektriciteit en stromend water. Boiler op zonne-energie op het dak. Deze huisjes krijgen de mensen als ze een goede loonstrook kunnen laten zien van minimaal 2000 rand per maand. Nadeel hiervan is dat het niet gecontroleerd wordt. De huizen zijn bedoeld voor de minder bedeelde mensen, maar veel arme mensen kregen zo’n huis en verkochten dat direct door voor bijv. 10.000 rand. Of iemand ging dood en er trokken andere mensen in. De wachtlijsten voor zo’n huisje zijn erg lang en via steekpenningen komen mensen eerder in aanmerking doordat ze boven aan zo’n lijstje gezet worden. Heel corrupt allemaal. Daarna rijden we door naar Ispingo. Hier gaan we de krottenwijken(‘shags’) in. Het is alsof we in een slechte film belanden. Martin zet zijn auto stil aan de kant, dimt de lichten en vertelt ons dat we zo 3 blauwe containers zien (denk aan zeecontainers). In de eerste twee zitten ramen: dat zijn 12 douches en 12 toiletten. De derde container is een winkeltje. Het is er donker want er is geen elektriciteit. Grofweg wonen er in deze krottenwijk 2800 mensen; dat zijn dus 233 mensen per douche/toilet! ’s Nachts zijn de toiletten te ver om te lopen en doet iedereen zijn behoefte gewoon buiten het huisje: hygiënisch is het een verschrikking. De mensen hebben deze krotten zelf gebouwd en er heerst een bepaalde saamhorigheid. De mensen zorgen hier voor elkaar en kennen elkaar allemaal goed. Als de één een zak aardappelen koopt en de ander een zak uien dan delen ze dat met elkaar. Er is ook sociale controle en de mensen zelf voelen zich hier redelijk veilig. Het grootste gevaar is brand. De huisjes zijn dicht op elkaar gebouwd en de paden er tussen zijn ongeveer een meter breed. De mensen nemen in koude tijden blikken met brandende kolen mee hun huisje in en dat zorgt regelmatig voor koolmonoxidevergiftiging en branden. En dan gaan we langzaam rijden. Langs de weg staan olievaten waar vuur in brandt. De mensen staan er dik ingepakt omheen om warm te blijven. We zien de blauwe containers en krijgen een blik in het gangenstelsel van de krottenwijk. Het is er druk: mensen ontmoeten elkaar, kletsen, hebben kleintjes op hun rug en kijken niet op van onze auto. Vanachter de veilige ramen bekijken we deze onvoorstelbare leefgemeenschap. Martin vertelt ons dat shags altijd gebouwd worden in de buurt van een treinstation. De trein is de goedkoopste, maar ook de gevaarlijkste manier van reizen in Zuid-Afrika. De kans is groot dat je wordt overvallen, want je kunt geen kant op. En mensen die beroofd worden op de trein worden er door de overvallers af gegooid zodat ze geen aanklacht kunnen indienen. Martin laat ons zien hoe de mensen illegaal elektriciteit aftappen uit stroompalen. Dan rijden we terug en gaan richting Umlahzi. Onderweg komen we langs hostels. Tijdens het aparthedsregime werden deze flats gebouwd om zwarte mensen van het platteland naar de stad te lokken om te werken. Deze éénkamerwoningen waren bedoeld voor mannen die niet elke dag naar het platteland terug konden reizen. Maar om deze hostels stonden hoge muren met prikkeldraad zodat de regering de mensen kon controleren. Mannen van verschillende stammen en daarmee ook verschillende culturen werden bij elkaar gezet en al snel ontstonden er onenigheden die uitmondden in bloedige moordpartijen. Bij dit soort taferelen sloten bewakers de poorten en konden de mensen geen kant op. Tegenwoordig worden de hostels omgebouwd tot 3 kamer-appartementen voor arme mensen maar de muren zijn nog altijd zichtbaar. Het ziet er uit als een ghetto. We vervolgen onze trip en bereiken Umlahzi: na Soweto (Johannesburg) de grootste township van Zuid-Afrika. In Europa heeft het woord township een negatieve betekenis. Dat komt omdat het ANC destijds via propaganda de townships als krottenwijken afschilderde om zo de wereld te overtuigen van het feit dat apartheid afgeschaft moest worden. En dat werkte goed! Eigenlijk is een township een enorme suburb: het is een stad op zich. Umlahzi heeft 83 scholen en een universiteit. Een eigen ziekenhuis, zelfs een eigen rechtbank. Mensen bezitten allemaal een eigen stukje grond waar ze hun huis hebben gebouwd. De saamhorigheid is groot. Er zijn winkelcentra, goede infrastructuur en eigenlijk alle voorzieningen. Middenin Umlahzi is een voetbalstadion gebouwd om als oefenterrein te dienen tijdens het WK 2010. De mensen die op de plaats van dat stadion woonden in shags zijn verplaatst naar een tijdelijk ‘housecamp’ op een industrieterrein buiten Umlahzi. Men vertelde dat als er een team zou komen trainen er ook bussen toeristen zouden komen die hun geld daar zouden gaan uitgeven. Uiteindelijk staat er een shoppingmall en is er een muur gebouwd om de overige ‘shags’ maar een voetbalteam is er nooit gekomen om te trainen… We rijden een berg op en krijgen uitzicht over Umlahzi: waar we ook kijken zien we lichtjes branden. Het is alsof je in een vliegtuig zit en mooi uitzicht hebt over een stad. Waar en hoe ver we ook kijken: alles is Umlahzi: het is echt ongelofelijk groot! Martin vertelt over de regering die, sinds de pensionering van Mandela, veranderd is in een corrupte organisatie met Jacob Zuma aan het hoofd. Hij vertelt ons dat er simpele oplossingen kunnen komen voor grote problemen. Neem het onderwijs. Volgens de ANC heeft iedereen recht op onderwijs in eigen taal. Dat betekent dat afhankelijk van het deel van het land jij in woont, de basisscholen en middelbare scholen de kinderen onderwijzen in hun eigen taal. Engels is dan een vak en geen voertaal. Veel kinderen zijn slim maar als ze dan naar de universiteit gaan, dan is de voertaal ineens Engels. Meer dan 43% stopt al in het eerste jaar van de universiteit en gaat werken. Altijd zijn dit zwarte Afrikanen. De regering houdt de apartheid levend door te eisen dat er van iedere bevolkingsgroep een bepaald percentage studenten aangenomen wordt. De schoondochter van Martin is al 2x afgewezen omdat er teveel aanmeldingen zijn. Martin zegt dat ze puur om haar blanke huidskleur afgewezen wordt terwijl ze de hoogste cijfers haalt. Het lijkt ineens de omgekeerde wereld. De regering luistert duidelijk niet naar het volk. Dan brengt Martin ons naar de housecamps. Het wordt spannend. Deze zijn gebouwd achter op een industrieterrein, ver weg van evt. camera’s of andere media. De straatverlichting is in dit deel uit. Het is er aardedonker en heeft een grimmige sfeer. We moeten een onverharde weg in en na een tijdje doemen er in het donker huisjes op. Ze zijn rechthoekig, 4 bij 3 meter. Er zit een deur en twee ramen in. In deze huisjes wonen de mensen nu. Met hele gezinnen! Je kunt het je niet voorstellen. Martin vertelt dat hij ooit een meisje moest weghalen uit zo’n huisje en dat hij toen pas met eigen ogen zag hoe mensen leven in een ruimte van 4x3 meter met een heel gezin. Overdag worden de matrassen opgestapeld tegen de muur en de ruimte is keuken, woonkamer en slaapkamer in één. En dat te bedenken dat Afrikaanse gezinnen vaak 4 of 5 kinderen hebben… Er zijn weer containers voor douches en toiletten. De regering heeft het destijds als volgt aangepakt. De mensen in de ‘shags’ werd beloofd dat de housecamps tijdelijk waren (voor 6-7 maanden). Na de bouw van het stadion zouden zij een regeringshuisje krijgen. De mensen uit de shags werden vervolgens verdeeld over 4 verschillende housecamps, die ver uit elkaar liggen. Reden daarvoor was dat ze hun sociale omgeving hierdoor ‘kwijt’ raakten en het lang zou duren voordat ze een nieuwe sociale omgeving opgebouwd hadden (denk aan veiligheid, elkaar kennen, vertrouwen, wie is onze spreker, etc). De regering vertraagde hiermee het reactieproces van de mensen. Vervolgens kwamen de mensen in een sociaal en economisch isolement. Eén man vertelde Martin ooit: “In de shags had ik mijn waardigheid en was ik gelukkig. Ik had mijn vrienden en familie om me heen, ik had mijn eigen huis en mijn kinderen gingen naar school. In de housecamps heb ik niets. Familie en vrienden wonen ver weg. Ik zie ze nooit meer. Mijn kinderen kunnen niet meer naar school, want ik kan de bus niet betalen en het is te ver en te gevaarlijk om te lopen. Ik heb geen eigen huis en ik ken niemand. Ze hebben alles van me afgenomen.” Inmiddels wonen de mensen er al bijna 6 jaar en de regering komt geen enkele beofte na. Ze hebben ze zich opnieuw georganiseerd. Er ontstaan rellen waarbij autobanden op straat gegooid worden en deze in brand gestoken worden. De politie moet dan hard ingrijpen. De regering heeft expres de straatverlichting verbroken omdat de housecamps niet meer zichtbaar zijn en de mensen niet illegaal elektriciteit kunnen tappen. Als stil protest breken de inwoners ieder huisje af dat leeg komt te staan, zodat de regering er geen nieuwe gezinnen in kan plaatsen. Het is de grootste ellende die we vanavond zien… ‘ Dan rijden we naar de haven van Durban. We stoppen op een bewaakte parkeerplaats waar miljonairsboten aangemeerd liggen. Daklozen hebben zich al in hoekjes geïnstalleerd voor de nacht. De PR-machine van Durban heeft een nieuwe slogan bedacht: “Durban, where the fun never stops!” En” Durban, where the sun never sets!” Martin zegt lachend dat “Durban, where the crime never stops!” een passender slogan is. We stoppen even bij een benzinestation voor een drankje en gaan dan weer vlug de auto in. Durban heeft na Johannesburg het de hoogste misdaadcijfers: 14-18 moorden per week en ca. 70 aanrandingen per maand. De Nigerianen en de Congolezen beheersen de drugshandel. Eerst rijden we een wijk binnen die Martin ‘Nigeria’ noemt. Het werkt als volgt. Als je drugs wilt kopen rijd je naar een straathoek. Je wordt benaderd door een man die je vraagt wat je wilt hebben en de prijs noemt. Vervolgens geef je je telefoonnummer. Na een kwartier word je gebeld en krijg je door waar je de drugs kunt halen en betalen. Deze mannen noemen ze runners. Pak je er eentje op, dan loopt de volgende alweer op straat. De grote jongens krijg je nooit te pakken… We rijden de wijk in en het is fijn dat de ramen geblindeerd zijn. Mannen kijken naar binnen en naderen de auto twijfelend. Maar geen moment wordt het echt spannend. Openlijk wordt er onderhandeld, slecht 2 straten van de grote toeristenhotels en het strand. We rijden langs de Sky Lodge. Martin vertelt dat hij hier 3 jaar geleden een meisje redde uit de handen van mensenhandelaren. Bij de inval bleken er niet één maar 13 meisjes gevangen te zitten. Deze meisjes kwamen uit heel Afrika en hadden al valse paspoorten. Mensenhandel komt hier veelvuldig voor en de meisjes worden gebruikt voor prostitutie of kinderporno. We rijden door naar het toeristische deel . Durban kampt met een slecht imago wat betreft het toerisme. De hoteleigenaren verzuimen de toeristen te waarschuwen voor de gevaren waardoor er regelmatig slachtoffers onder de toeristen vallen met dodelijke afloop. De hotels zijn veilig, maar buiten is een toerist een lopend doelwit. Laatst wilde een Canadees echtpaar zonsopgang bekijken op het strand. De vrouw werd door een groep aanvallers verkracht en de man met 7 messteken om het leven gebracht. Recht voor het hotel! De hoteleigenaar zei in de krant dat hij buiten het hotel niet verantwoordelijk is voor zijn gasten… Dat levert natuurlijk weinig goede PR op. Daarom is de stad Durban een tegenoffensief begonnen. Er zijn in Durban 2 plaatsen waar je als toerist vrij, zorgeloos en veilig kunt rondlopen: Ushaka Beach en Sunshinecoast Casino Entertainment World. Beide stranden staan onder 24-uur bewaking en zijn volledig beveiligd met camera’s: Big Brother is watching. Bij Suncoast wordt je gezicht ongemerkt gescand met de nieuwste apparatuur uit Las Vegas en zij houden een databank bij met al je gegevens. Martin weet dit omdat hij ooit een keer gebruik heeft moeten maken van hun databank om een vader op te sporen die zijn kind had ontvoerd. Hij dacht dat dit soort apparatuur alleen bij CSI bestond maar het bleek echt te bestaan! Afgekeken van Kaapstad (Victoria & Albert Wharf) is Durban druk bezig met het opbouwen van een betere en veiligere omgeving voor toeristen. Dat is ook slim, want Durban ligt veel gunstiger aan de warme golfstroom van de Indische Oceaan en kent droge zachte winters en snikhete, natte zomers. Dan gaan we naar het grote Soccer Stadium: Moses Mabida Stadium. Hier speelde Nederland enkele wedstrijden in 2010. Het was het goedkoopste stadion en kostte maar liefst 20 biljoen rand (4,5 miljoen dollar)! Tegenwoordig worden er wel voetbalwedstrijden in gespeeld, maar het is te groot om te vullen (62.000 man). Zelfs grote artiesten huren het oude, naastgelegen stadion af om op te treden: het nieuwe is voor hen onbetaalbaar, maar zeker ook voor de Afrikanen. Martin gaat er uit principe niet heen. De bevolking werd beloofd dat ze nooit zouden mee hoeven betalen aan dit stadion maar inmiddels zijn de belastingen flink verhoogd. En staat er een futuristisch, compleet nutteloos bouwwerk.We rijden langs de straatprostituees en daarna langs Victoria Street Market. Daar liggen de daklozen allemaal al in rijtjes onder de kraampjes te slapen. Vreemd genoeg hebben ze allemaal een eigen slaapplaats en gaat er niemand op een ander z’n plekje liggen. Martin vertelt dat je hier als toerist niet alleen heen kunt gaan. De overvallers gaan als volgt te werk. Ze spreken je vriendelijk aan en aan je antwoord horen ze of je Afrikaans bent of niet. Dan omsingelen ze je en voor je het weet ben je je camera en je telefoon kwijt. Een portemonnee met geld is een leuke bijkomstigheid. Als je niet meewerkt steken ze gerust een mes in je lijf. Het is dus serieus zaak om hier nooit alleen op pad te gaan! En dan is de tour afgelopen en rijden we terug naar huis. De informatie duizelt ons en Martin raadt ons om morgen een USB-stick aan Willy te geven. Willy (Martin’s vader) brengt ons morgen nl. naar het strand en Martin zal dan foto’s van de shags en de housecamps voor ons opzoeken. Om 22.30 uur staan we weer veilig binnen de hekken van MoP. Ons hoofd is vol van zoveel indrukken en het zien van zoveel uitzichtloos leed en ellende. Maar het was ongelofelijk interessant en we bedanken Martin voor zoveel inzichten in het land waar hij zó trots op is en waarvoor hij bereid is zich 100% in te zetten. Slapen zal nog wel niet lukken….

  • 19 Juli 2015 - 12:53

    Glenn & Janny Van Onselen:

    Hoi globetrotters........

    Terwijl wij opdrogen na een natte fietstocht lezen we het verslag en het lijkt werkelijk een boekverhaal.
    's Jonge, wat een belevenissen en wat een afwisselend geheel maken jullie mee.
    Momenteel zijn jullie op het strand begreep ik van Erik en wat heerlijk dat dit ook gewoon even kan.
    Morgen begint een strak rooster.
    Fantastisch om zo'n klein 5 wk. oud meisje in bad te mogen doen en gelukkig wordt er daar door de zorgmoeders goed voor de kinderen gezorgd.
    Je wiegje (doos) zal maar in zo'n slecht buurt staan............echt verschrikkelijk.
    Wij kunnen het ons goed voorstellen dat de tranen jullie af en toe over de wangen lopen, dat voel ik al als ik het verslag lees.

    Dikke kus en we zijn heel trots op jullie alle 4
    Glenn & Jans.

  • 19 Juli 2015 - 14:49

    Gerda Hoveling (moeder Van Nick):

    Hoi allemaal,

    Ik heb nu alle verslagen van jullie gelezen en vind het zeer indrukwekkend.
    Heb heel veel respect voor jullie wat jullie daar allemaal doen!

    Groetjes,
    Gerda

  • 20 Juli 2015 - 14:13

    Ivonne:

    stil en met kippenvel heb ik dit verslag gelezen...ik wist van een aantal dingen wat af, maar zoals jullie het nu ontdekken, zien en ervaren, phew...
    wat een indrukken allemaal...ik snap dat dat heftig verwerken is...
    dikke knuffel en keep up the good work you 4
    X

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Bonny

Actief sinds 08 Juni 2015
Verslag gelezen: 185
Totaal aantal bezoekers 9401

Voorgaande reizen:

08 Juni 2015 - 31 December 2015

Mijn eerste reis

12 Juli 2015 - 04 Augustus 2015

Mother of Peace, Durban, Zuid-Afrika

Landen bezocht: